In de politiek worden vaak woorden en termen gebruikt die door de jaren heen verouderd zijn geraakt of simpelweg niet meer passend zijn in de huidige context. Deze woorden en termen worden steeds minder gebruikt en lijken langzaam te verdwijnen uit het politieke jargon.
Een van de redenen hiervoor is de veranderende maatschappij en de opkomst van nieuwe technologieën, waardoor ouderwetse termen niet meer relevant zijn. Zo worden termen als “fax”, “telex” en “telegram” steeds minder gebruikt in de politiek, omdat communicatie tegenwoordig voornamelijk digitaal verloopt.
Ook zijn er woorden die door hun negatieve connotaties niet meer passend zijn in de politiek. Zo wordt het woord “allochtoon” steeds vaker vermeden, omdat het een stigmatiserende lading heeft en niet recht doet aan de diversiteit van de samenleving.
Daarnaast zijn er ook termen die simpelweg zijn ingehaald door de tijd. Zo wordt het woord “eerste kamer” steeds minder gebruikt, omdat de officiële benaming “senaat” is. Ook worden termen als “machtspolitiek” en “machtsstrijd” steeds minder gebruikt, omdat de nadruk in de politiek steeds meer komt te liggen op samenwerking en consensus.
Het verdwijnen van deze woorden en termen uit het politieke discours kan gezien worden als een positieve ontwikkeling. Het laat zien dat de politiek meegaat met de tijd en zich aanpast aan veranderingen in de maatschappij. Het zorgt ervoor dat de communicatie in de politiek helder en eigentijds blijft.
Kortom, woorden en termen die niet meer gebruikt worden in de politiek zijn vaak verouderd, niet passend in de huidige context of hebben een negatieve lading. Het verdwijnen van deze woorden laat zien dat de politiek in beweging is en zich aanpast aan veranderingen in de samenleving. Het zorgt voor een frisse en eigentijdse communicatie in de politiek.