De sufferd zat in een hoenderhok en keek beteuterd om zich heen. Hij had geen idee hoe hij hier beland was en waarom hij hier was. Het enige wat hij wist was dat hij zich erg ongemakkelijk voelde tussen al die kippen.
De kippen keken hem argwanend aan en kakelden luidruchtig naar elkaar. De sufferd voelde zich steeds ongemakkelijker worden en wilde eigenlijk zo snel mogelijk weer weg uit dit hoenderhok. Maar hoe moest hij dat doen?
Hij kon nergens een deur of een opening vinden en hij voelde zich opgesloten tussen al die kakelende kippen. Hij begon te roepen om hulp, maar niemand leek hem te horen. De kippen gingen gewoon door met hun drukke gekakel en leken zich totaal niet bewust van de wanhopige situatie waarin de sufferd zich bevond.
Uiteindelijk besloot de sufferd om zelf een oplossing te vinden. Hij keek goed om zich heen en ontdekte een klein luikje bovenin het hoenderhok. Met veel moeite wist hij zich een weg naar het luikje te banen en kroop erdoorheen. Tot zijn grote opluchting kwam hij terecht in de buitenlucht, ver weg van de kakelende kippen.
De sufferd voelde zich eindelijk weer vrij en opgelucht. Hij had geleerd dat je soms zelf een oplossing moet vinden als je in een benarde situatie zit. En dat je niet altijd op anderen kunt rekenen om je te helpen. Met een glimlach op zijn gezicht liep hij weg van het hoenderhok, vastbesloten om nooit meer in zo’n benarde situatie terecht te komen.