In het begin van de 19e eeuw pleitte een Britse demograaf al voor geboortebeperking. Thomas Malthus, een econoom en demograaf, waarschuwde voor de gevaren van overbevolking en de gevolgen die dit kon hebben voor de samenleving. Hij geloofde dat de bevolking sneller groeide dan de beschikbare middelen om deze te onderhouden, wat uiteindelijk zou leiden tot armoede, hongersnood en sociale onrust.
Malthus stelde dat geboortebeperking een essentiële maatregel was om deze dreigende problemen te voorkomen. Hij geloofde dat het gezond verstand van individuen en regeringen hen zou moeten leiden om het aantal kinderen dat ze kregen te beperken, zodat de bevolking in evenwicht kon blijven met de beschikbare middelen.
Hoewel Malthus’ ideeën destijds controversieel waren en veel tegenstand ondervonden, hebben ze uiteindelijk bijgedragen aan de ontwikkeling van het concept van geboortebeperking en familieplanning. Zijn werk heeft ook bijgedragen aan het debat over de relatie tussen bevolkingsgroei, economische ontwikkeling en sociale rechtvaardigheid.
Tegenwoordig zijn geboortebeperking en familieplanning belangrijke onderwerpen in de wereldwijde gezondheidszorg en ontwikkeling. Overheden en organisaties over de hele wereld werken samen om toegang tot anticonceptie en gezinsplanning te bevorderen, zodat mensen in staat zijn om weloverwogen beslissingen te nemen over hun voortplanting en het aantal kinderen dat ze willen krijgen.
Hoewel Malthus misschien niet de eerste was die pleitte voor geboortebeperking, heeft zijn werk zeker bijgedragen aan de erkenning van het belang van deze kwestie en heeft het de weg geëffend voor verdere discussies en acties op dit gebied. Zijn waarschuwingen voor de gevolgen van overbevolking blijven relevant in de moderne wereld en benadrukken het belang van duurzame bevolkingsgroei en verantwoorde voortplanting.